Je weet nu dat competentie, autonomie en verbinding belangrijke factoren zijn die bijdragen aan het bevorderen van leesplezier en leesmotivatie. Dit levert echter geen pasklare aanpak op die je toe kunt passen op alle leerlingen, want iedere leerling is anders. Een persoonlijke aanpak staat centraal.
Ik spreek in deze training vaak over u2018de leerlingu2019, maar geen enkele leerling is hetzelfde en dat geldt ook voor de leesattitude van de leerling. Er zijn verschillende factoren van invloed op de leesattitude en het is goed om je hier bewust van te zijn. Cedric Stalpers heeft hier onderzoek naar gedaan en schrijft hierover in Het verhaal achter de lezer.
Allereerst zijn de opvoeding en het leesklimaat van invloed op de leesattitude. De ene leerling komt uit een omgeving waarin boeken altijd aanwezig zijn en waar veel wordt gelezen. Deze leerling is vertrouwd met boeken en verhalen en kan zich er volledig in verliezen. Een andere leerling komt uit een gezin waar juist helemaal niet (voor)gelezen wordt, waardoor boeken iets onbekends zijn en misschien zelfs wel negatieve associaties oproepen. Ook is het van invloed of er in de directe omgeving van de leerling over lezen en boeken wordt gepraat. Bijvoorbeeld binnen het gezin, maar dat kan ook met vrienden zijn. Tot slot kan het zijn dat een leerling om persoonlijke redenen nooit uit zichzelf een boek pakt, misschien komt dit door dyslexie of een aantal zwaarwegende negatieve leeservaringen achter elkaar.
Ten tweede speelt de persoonlijkheid van de leerling een rol. Met name de behoefte aan fantasie, verbeelding en reflectie zijn van invloed op de leesattitude van de leerling. Wie graag in een andere (droom)wereld stapt en de verbeelding graag inzet om zich te verplaatsen in anderen of andere werelden, zal eerder plezier beleven aan het lezen van fictie. Daarnaast zijn leerlingen die behoefte hebben aan reflectie vaak op zoek naar kennis en mogelijkheden om te reflecteren. Complexere verhalen of vraagstukken worden niet als vervelend gezien, maar als een interessante uitdaging. Deze leerlingen zullen makkelijker genieten van een complexer of gelaagder literair werk dan leerlingen die deze behoefte niet hebben.
Je hebt als docent dus niet overal invloed op als het gaat om de leesmotivatie van leerlingen. Iets wat wel voor alle leerlingen zal gelden, is dat ze graag gezien en gehoord willen worden. Pubers denken dat ze al ontzettend volwassen zijn en willen ook graag zo benaderd worden. Door met ze in gesprek te gaan over wat ze interessant vinden, wat ze graag lezen, hun favoriete boeken of laatste leeservaring en daar met jouw tips op in te haken, kun jij het verschil maken. In deze training krijg je handvatten waarmee je dit efficiu00ebnt kunt aanpakken.
Een persoonlijke aanpak voor de leerling is belangrijk, maar dat geldt net zo goed voor jou. Ik noemde het al even in de introductie: jouw enthousiasme en betrokkenheid dragen voor een groot deel bij aan succes.
Als jij je leerlingen wilt motiveren om te gaan lezen, is het belangrijk om ze leesplezier bij te brengen, omdat dat een intrinsieke motivatie is. Maar enthousiasme overbrengen van iets wat je zelf eigenlijk helemaal niet leuk vindt, werkt niet. Je gaat daarom op zoek naar de onderdelen waar jij veel plezier aan beleeft en maakt zelf de keuze voor hoe jij je lessen gaat invullen.
Ik ga je dus niet opdragen om iedere week een stukje voor te lezen, als jij daar helemaal niets aan vindt. Leerlingen zullen dat ook voelen en op die manier heeft dit helemaal geen positief effect.
Binnen deze training zal ik je daarom steeds aansporen om op zoek te gaan naar de vraag of, en zo ja, hoe je de handvatten die ik je aanreik kunt integreren in je lessen.
Cedric Stalpers (2007). Het verhaal achter de lezer. Delft: Uitgeverij Eburon.